Relatietherapie: 'Samenwerken aan nieuwe interactie'

Interview met Judith de Graaf en Jaap Zoetmulder

24 januari 2023
 

Partnerrelatietherapie op systemische grondslag

Vermijdend gezwijg… Explosieve woede-uitbarstingen… Of de één die duidelijk meer verwacht van therapie dan de ander. Als relatietherapeut sta je elk gesprek voor onverwachte uitdagingen. Hoe zorg je daarbij voor een nieuwe, positievere dynamiek tussen partners? Die vraag staat centraal in de cursus Partnerrelatietherapie op systemische grondslag.

Gelukkig neemt het taboe op relatietherapie af. Toch zitten Judith de Graaf en Jaap Zoetmulder ook nog vaak tegenover stellen die voorgoed versleten zijn aan elkaar. Maar zelfs die koppels kunnen baat hebben bij therapie. Al was het maar om zo uit elkaar te kunnen gaan zonder slepende juridische gevechten en onverwerkt oud zeer.

Andersom zien beide psychotherapeuten soms ook mensen die eerder gescheiden zijn in therapie gaan met hun nieuwe liefde, juist om te voorkomen dat zij opnieuw verstrikt raken in oude patronen.

‘Natuurlijk zijn we geen wonderdokters. Maar we beschikken wel over een flinke set instrumenten om mensen te helpen negatieve patronen om te buigen’

Judith de Graaf

Complexe puzzels

Met welke specifieke vragen en problemen cliënten ook aan komen, elke relatie- en systeemtherapie betekent voor de therapeut een complexe puzzel. Judith de Graaf en Jaap Zoetmulder weten dat als geen ander door hun jarenlange praktijkervaring. Beide experts werken regelmatig samen om hun kennis over partnerrelatietherapie over te dragen aan beginnende en meer ervaren collega’s, onder meer in cursussen, supervisie en artikelen in vakliteratuur.

‘Natuurlijk zijn we geen wonderdokters. Maar we beschikken wel over een flinke set instrumenten om mensen te helpen negatieve patronen om te buigen’, vertelt De Graaf. Toen zij dertig jaar geleden werd opgeleid tot psychotherapeut was nog veel minder bekend over effectieve relatietherapie. ‘Inmiddels is beter bekend wat ‘werkt’. Maar dat betekent niet dat we iedere relatie kunnen redden. Helaas. Soms zijn de negatieve patronen zo sterk en is er al zoveel emotionele schade berokkend, dat het niet meer mogelijk is een ander gevoel voor elkaar te creëren.’

Het grotere systeem meenemen

Tijdens de cursus gaan De Graaf en Zoetmulder met de cursisten in op veelvoorkomende therapeutische situaties die lastig zijn voor systeem- en relatietherapeuten. Wat doe je als tijdens de therapie de emoties hoog oplopen tussen beide partners? Welk houvast kun je cliënten dan bieden? En met welke routekaart kun je ze vervolgens vooruithelpen?

‘Zo kunnen cursisten hun toolkit uitbreiden om de interactie tussen de partners te verbeteren’, zegt De Graaf. ‘Bij het in kaart brengen en doorbreken van negatieve patronen nemen we het grotere systeem altijd mee. Wat de interventies betreft, kiezen we voor een brede basis met aandacht voor onder meer emotieregulatie, intergenerationele patronen, en fasegericht werken. En we besteden aandacht aan hoe mensen als kind zijn gehecht, en hoe dat doorspeelt in hun huidige relatie. Kortom, cursisten krijgen een breed basispakket mee dat ze meteen in de praktijk kunnen toepassen.’

Drie therapieën in één

Psychologen worden in eerste instantie opgeleid om individueel diagnoses te stellen en te behandelen. Maar als partner- en relatietherapeut moet je aan de slag met wat er tussen twee personen gebeurt. Die dynamiek maakt het vaak ingewikkeld, zeker als je daarbij moet bepalen welke interventies het beste passen. ‘Eigenlijk zijn het dus drie therapieën in één’, zegt Zoetmulder. ‘Voor beide cliënten afzonderlijk en voor hun samen.’
 
‘Partner-/relatietherapie wordt wel gezien als de moeilijkste vorm van psychotherapie. Het is echt hogere schoolwerk vanwege alle ballen die je tegelijk in de lucht moet houden. Mensen verwachten tegenwoordig heel veel van hun relatie; we willen dat onze partner net zo veilig is als een goede ouder, maar ook een spannende sekspartner is en een beste vriend. Als daar iets in ontbreekt, kunnen mensen heftig reageren. Als relatietherapeut moet je met die heftige emoties kunnen omgaan. Daarom besteden we naast alle technieken ook nadrukkelijk aandacht aan wat dit zoal oproept bij de therapeut. We doen bijvoorbeeld ervaringsgerichte oefeningen, waarin de beleving van de therapeut aandacht krijgt.’

'Het begint met het creëren van rust, waarbij je steeds weer aansluit bij waar de partners op dit moment zitten'

Jaap Zoetmulder

Ambachtelijke basistechnieken

Omdat relatietherapie ook ‘gewoon’ een ambacht is, behandelen de docenten verschillende technieken in de cursus. Hierbij hebben zij de nieuwste wetenschappelijke inzichten verwerkt. Dat zie je bijvoorbeeld terug in de opbouw van de therapie. Zoetmulder: ‘Vroeger begonnen relatietherapeuten meteen met de communicatie tussen de partners: hoe ze hun verlangens en wensen uitdrukken, en hoe ze daar over en weer beter naar kunnen luisteren.'

'Maar hierdoor sla je de stress waarin partners zitten over, waardoor zij vaak niet echt kunnen luisteren naar elkaar. Het begint dus met het creëren van rust, waarbij je steeds weer aansluit bij waar de partners op dit moment zitten.’

Grofweg zijn er in een goed opgebouwde relatietherapie vier fasen te onderscheiden volgens Judith de Graaf en Jaap Zoetmulder, die onderaan dit artikel worden beschreven.

Meer aandacht voor de emoties nu

De afgelopen jaren is steeds duidelijker geworden dat alleen cognitieve inzichten onvoldoende zijn om tot verandering te komen. ‘Zolang je je als relatietherapeut dus alleen richt op het denken, levert dat onvoldoende therapieresultaat op’, benadrukt De Graaf. ‘De echte verandering vindt plaats op de emotionele laag. Daardoor ben ik de afgelopen jaren nog meer aandacht gaan besteden aan de emoties die zich in de kamer tijdens de therapie voordoen. Wat gebeurt er nu tussen jullie? Het helpt om daar expliciet aandacht aan te besteden, want dan gaat het vaak opeens over waar partners het echt over moeten en willen hebben met elkaar; de pijn en wat ze daaraan willen veranderen.’
 
‘Daarnaast zijn we begrippen uit de hechtingstheorie gaan gebruiken’, vult Zoetmulder aan. ‘Denk aan begrippen als toegankelijkheid, ontvankelijkheid en betrokkenheid. Een partnerrelatie is een hechtingsrelatie. Vroeger dachten we dat zo’n hechtingsrelatie alleen tussen ouders en kinderen kon bestaan, maar we zien nu dat die ook tussen volwassenen kan ontstaan.’

Ontroerende momenten

Zowel De Graaf en Zoetmulder spreken met passie over hun vak. Wat maakt dit werk zo bijzonder voor ze? ‘Als het lukt om mensen op een diepere laag stil te zetten bij zichzelf, zodat zij van daaruit opnieuw verbinding kunnen maken met een ander, dan breekt de zon door’, zegt Judith de Graaf. ‘Dat zijn altijd bijzondere, intieme momenten, waarop je als therapeut mag meeleven. En als dat leidt tot een betere relatie tussen partners en met de kinderen, dan ontroert dat me altijd weer. En wat is er fijner om dat over te mogen dragen aan anderen?’

Interesse in de cursus Partnerrelatietherapie op systemische grondslag?

Deze cursus kan los gevolgd worden of als onderdeel van de modulaire postmaster opleiding tot systeemtherapeut.
 

Gefaseerde aanpak

De vier fasen in een goed opgebouwde relatietherapie volgens Judith de Graaf en Jaap Zoetmulder:
 
Fase 1: Een goede start is het halve werk. ‘Ga na of je beide partners echt wel in de kamer hebt; of heeft de een de ander meegesleept? Als je begint zonder dat te checken, kom je vaak verkeerd uit. Het gaat erom dat je met beide partners een werkalliantie aangaat. Dit vraagt van de therapeut meervoudige partijdigheid. Daarnaast is het belangrijk om leiding te durven nemen. Je bent volgend waar het gaat om emoties. Tegelijk stel je als procesbegeleider echter grenzen om te voorkomen dat er bijvoorbeeld gescholden wordt. Ook zorg je ervoor dat beide partners aan bod komen. En als een van de partners minder gemotiveerd is voor de therapie, is het belangrijk ook dat te bespreken. Vaak zie je dat die partners gaandeweg gemotiveerder raken, omdat ze merken dat ze in de therapie gehoord worden. Zo kan er met allebei een klik ontstaan.’
 
Fase 2: het in kaart brengen en leren herkennen van destructieve patronen. ‘De dynamiek tussen partners kan heel verschillende vormen hebben. Er kan sprake zijn van twee aanvallers. In dat geval kun je rekenen op heftige emoties. Maar het kan ook zijn dat partners vermijdend zijn en na eerdere conflicten elk op een eigen eilandje zijn beland. Het gaat erom dat de partners zelf inzicht krijgen in hun patronen, zodat ze tijdig gaan zien wanneer ze weer in dezelfde bekende groef raken. Hoe sneller ze dit doorkrijgen, hoe meer ze er vaak ook om kunnen lachen. ‘We doen ’t weer…’ Dit wordt ook wel de de-escalatiefase genoemd.’
 
Fase 3: het bespreken van dieperliggende verlangens, wensen en gevoelens, zodat partners die met elkaar gaan delen. ‘Zodra het veiliger is geworden tussen partners, hoeven ze zich niet meer zo te wapenen, en kun je gaan werken aan het versterken van de verbinding. Dit is de verdiepingsfase.’
 
Fase 4: Zodra er weer sprake is van verbinding, is het van belang die te consolideren. ‘Hoe kunnen de partners het hernieuwde contact vasthouden, ook al vallen ze af en toe weer terug in hun bekende patroon. En wat kunnen ze doen als de spanning weer oploopt? In deze fase help je de partners bij het vinden van nieuwe eigen rituelen en omgangsvormen waarmee zij het contact en de zachtheid die zijn ontstaan kunnen uitbouwen.’