EMDR is een effectieve techniek, waarmee vaak hele mooie resultaten worden bereikt, zeker ook bij ernstig getraumatiseerde cliënten. Maar zelfs EMDR werkt niet altijd. Er zijn cliënten bij wie de EMDR niet lukt, niet aanslaat, niets oplevert, of erger nog: zelfs averechts werkt.
In deze training leer je hoe je kunt ingrijpen als het beoogde resultaat uitblijft. De training gaat in op zes dimensies die ieder verantwoordelijk kunnen zijn voor problemen en mislukkingen in de toepassing van EMDR:
- Redenen van de cliënt om het probleem NIET op te lossen
Niet iedere cliënt die in behandeling komt is erop gericht zijn problemen op te lossen.
Er kunnen bijvoorbeeld allerlei vormen van secundaire ziektewinst spelen, variërend van financiële belangen tot narcistische motieven. - De therapeutische relatie
‘Hoe beschadigder de cliënt, hoe moeizamer de therapeutische relatie’. De cliënt brengt immers al zijn/haar maladaptieve schema’s en dysfunctionele kerncognities mee de spreekkamer in, en deze kleuren de interactie met de therapeut, en hebben daarmee hun invloed op het verloop van het EMDR-proces. - Casus-conceptualisatie
Bij enkelvoudige problematiek is meestal duidelijk welke targets bewerkt moeten worden met EMDR: het verband tussen symptomen en gebeurtenissen ligt voor de hand.
Bij complexe traumatisering is er een veelheid aan gebeurtenissen, die onmogelijk allemaal behandeld kunnen worden. - Timing en fasering
Traumaconfrontatie heeft alleen zin wanneer verwacht kan worden dat het zelfgenezend vermogen de traumawond kan helen. Voorbarige traumaconfrontatie (dat wil zeggen: op een moment dat de cliënt -nog- niet de mogelijkheden heeft om het trauma de baas te worden) staat gelijk aan hertraumatisering: opnieuw overweldigd worden door de gebeurtenis. Het temperament van de therapeut speelt ook een rol: sommige therapeuten zijn te voorzichtig en komen nooit toe aan EMDR, anderen zijn te voorbarig en krijgen te maken met mislukte EMDR-behandelingen. - EMDR-techniek en -procedure
Niet iedere cliënt kan zijn taak in het EMDR-proces goed vervullen: verschillende eigenschappen of eigenaardigheden van cliënten kunnen de EMDR procedure bemoeilijken, bijvoorbeeld extreme faalangst, overmatige zelf-observatie, sterke censuur, controlebehoefte, etc. - (Non-)cognitive interweaves
Bij ernstig beschadigde cliënten loopt het EMDR proces niet zomaar op eigen kracht, zonder inmenging door de therapeut. ‘Just staying out of the way’ is niet genoeg, de therapeut moet veel actiever ingrijpen in de vorm van ‘(cognitive) interweaving’.
In deze training komen proces- en inhoudelijke interweaves kort aan bod. Wil je je kennis en vaardigheden hierover verdiepen, dan raden we je aan de eendaagse training te volgen.