Je kunt er bijna niet omheen. De afgelopen weken bieden diverse online video-/beldiensten hun services tegen lage prijzen of zelfs gratis aan. De zorg- en begeleidingsbranche springt er massaal op in. Dat mensen nu naar online beeldbellen (videobellen) grijpen is logisch: het komt het dichtst in de buurt bij face-to-face contact. Beeldbellen lijkt vrijwel direct vertrouwd te zijn. Het gebrek aan non-verbale communicatie is echter lastig te compenseren. Beeldbellen is daarom een verarmde vorm van face-to-face contact. Je kunt hier tegenin brengen dat beperkt contact beter is dan helemaal geen verbinding. Maar een beter en intensiever contact is mogelijk: door beeldbellen te combineren met andere communicatiemiddelen.
We mogen (tijdelijk) niet meer samenkomen. Daar waar dit nog wel kan, worden voorzorgmaatregelen getroffen zoals het bewaren van 1,5 meter afstand of het zitten achter glas. Via beeldbellen kun je elkaar nog steeds zien en horen. De non-verbale communicatie blijft zichtbaar. De vele positieve reacties wekken ook de indruk dat het een evenwichtige vervanger is van face-to-face contact. De vraag is echter of dit wel zo is.
Misvattingen over beeldbellen
Doordat de camera een beeld laat zien van de cliënt, lijkt er nauwelijks een verschil te zijn met een echte fysieke ontmoeting. Het geprojecteerde beeld is echter niet compleet. Over het algemeen zijn alleen het gezicht en een deel van de romp zichtbaar. Hand- en armbewegingen vallen buiten het bereik van de camera. Ook bestaat de illusie dat er oogcontact is. In werkelijkheid is dat niet zo. Als je in de camera kijkt, staar je niet werkelijk in de ogen van de ander. Meestal zit je gesprekspartner op dat moment naar jouw beeltenis te kijken. Als daar bovenop de internetverbinding ook nog eens hapert of wegvalt, ontstaat nog meer ruis in de communicatie.
Een volledige representatie?
Door de verminderde zichtbaarheid van de lichaamstaal en het ontbreken van echt oogcontact is de non-verbale communicatie beperkt. Beide partijen kunnen echter in de veronderstelling verkeren dat het non-verbale gedrag dat ze wél waarnemen daadwerkelijk een volledige representatie is van het non-verbale gedrag van de ander. Neem bijvoorbeeld een cliënt die ogenschijnlijk rustig in beeld zichtbaar is. Dit terwijl hij eigenlijk trillende benen heeft. Die blijven helaas buiten beeld. Voor een online begeleider of behandelaar is het daarom belangrijk niet enkel af te gaan op het beperkt zichtbare non-verbale beeld. Daarnaast kan het continu (ongegeneerd) bekijken van de ander een ongemakkelijke situatie creëren. Mogelijkerwijs maakt je gesprekspartner screenshots (afbeeldingen van het beeldscherm) van jouw beeltenis. De kans dat je in je spreekkamer door een cliënt gefotografeerd wordt is niet zo groot maar online een stuk realistischer en makkelijker.
Het is dan ook verstandig om goed na denken over wat je gesprekspartner mag of kan zien. Ditzelfde geldt voor (privé) objecten die in het zicht hangen en mogelijk voor afleiding of inbreuk op je privacy zorgen.